Platform Noordoostcorridor en BMF lanceren alternatief voor de Ruit

februari 18, 2015

Platform Noordoostcorridor en BMF lanceren alternatief voor de Ruit

Het Platform Noordoostcorridor en de Brabantse Milieufederatie hebben een koersdocument opgesteld waarin ze een alternatief mobiliteitsbeleid voor de Brainportregio schetsen. Nu de betrokken gemeenten de Ruit hebben afgewezen en de Tweede Kamer de financiering heeft ingetrokken, vinden de twee organisaties het tijd dat er een gedegen en gedragen alternatief op tafel komt.

In het document roepen het Platform Noordoostcorridor en de Brabantse Milieufederatie de provinciale en lokale politiek op samen de schouders te zetten onder het op grote schaal toepassen en verder ontwikkelen van slimme en duurzame mobiliteit en hieraan voorrang te geven boven de uitbreiding van het wegennet.

‘Aanleg van nieuwe wegen en verbreding van bestaande wegen leidt meestal tot toename van autoverkeer. Op andere plaatsen ontstaan nieuwe files, de milieuhinder neemt toe en waardevolle natuurgebieden delven het onderspit. Kortom, in geen enkel opzicht een duurzaam perspectief. Het mobiliteitsbeleid dat wij voorstaan is primair gericht op het zoveel als mogelijk overbodig maken van de uitbreiding van het autowegennet’, aldus de opstellers.

Het samenhangende pakket dat het Platform Noordoostcorridor en de Brabantse Milieufederatie presenteren moet ervoor zorgen dat de Brainport zich ontwikkelt tot een ‘living lab’ voor slimme en duurzame mobiliteit door volop in te zetten op innovatieve mobiliteitstechnieken, de (elektrische) fiets de ruimte te geven en gedragsverandering tot inzet te maken van het mobiliteitsbeleid.

Bij het verhelpen van de knelpunten op de A58, A67, A50 en A2 wordt eerst de ‘toolbox smart mobility’ ingezet voordat naar fysieke oplossingen wordt gezocht, de N279 mag volgens de opstellers geen sluiproute voor de A2 worden en de Ruit wordt door het pakket maatregelen overbodig.

Zie voor meer informatie het koersdocument ‘Slimme en duurzame mobiliteit in de Brainportregio’.