Hoe gaan jullie te werk?
“We hebben de uitdeeldag steeds georganiseerd bij het IVN-trefpunt in Helmond, dat is een paviljoen in speeltuin Helmond-West. Daar komen altijd veel mensen, dus dan heb je al publiciteit. We hebben als IVN daar vlakbij ook een Tiny Forest aangeplant. Mensen kunnen daar zien hoe het boompje in hun eigen tuin wordt na twee, drie jaar. Vanaf het begin vonden we het een mooie locatie voor onze uitdeeldag.
We hebben altijd een soort tent mee en met een paar man is die snel opgezet. Daar stoken we een gezellig vuurtje bij, we hebben wat potten met koffie. De boompjes hebben we dan mooi uitgestald, zodat iedereen kan kiezen. Het was het eerste jaar meteen de hele ochtend een gezellige drukte. En als je al die enthousiaste mensen ziet die je dan blij kunt maken, dan geniet ik, en ik weet zeker: mijn teamgenoten ook. We waren elk jaar aanwezig met vijf of zes mensen. IVN Helmond heeft een actieve natuurbeheerwerkgroep en een enthousiaste bomenwerkgroep.
Ons uitgangspunt was ook: binnen drie uur moet alles weg. Het heeft geen zin om kritisch en ‘zuunig’ te doen. Als je het meegeeft is zoiets 60 cm. Dat is teleurstellend bij kinderen: één zo’n dun ‘stokje’. Als mensen aangaven dat ze ruimte hadden voor drie of vier of vijf: prima. Zo waren we in het eerste jaar in no time alles kwijt.
Het is wel een uitdaging om iedereen te bereiken. Het eerste jaar kregen we veel medewerking van de media. We hebben een actieve stadsomroep ‘Dit is Helmond’. Er kwam een radioverslaggever. Dan kom je bij mensen in de huiskamer, en dat heeft ertoe geleid dat we die 1000 boompjes bosplantsoen in drie uur tijd allemaal kwijt waren.”
Waarom vind je het belangrijk om steeds aan Plan Boom mee te doen?
“Als IVN-afdeling in de stad vind ik het belangrijk om stadsmensen te overtuigen en te raken. Helmond is een compact stedelijk gebied. Er is een groeiend besef dat tuintjes versteend raken en dat we met zijn allen wat moeten doen. Ik denk dat we dat met de uitdeelacties van Plan Boom hebben kunnen bereiken. Dat heeft een educatief aspect.
Daarbij: het gaat ook om het vergroenen van je eigen leefomgeving. Er moet veel meer groen komen. Groen en blauw zijn belangrijke voorwaarden voor een gezonde leefomgeving, die zijn we de afgelopen jaren met de welvaartsgroei kwijtgeraakt. Zeker in de stad. Kinderen zitten steeds meer achter een scherm en zijn steeds minder buiten. Daarmee doen we onszelf als mens tekort. Ook in het kader van de gezondheid van kinderen is groen en bewegen heel belangrijk.”
Wat is je persoonlijke motivatie om hier zoveel energie in te stoppen?
“Ik kom uit het onderwijs, en voor de klas ga je beseffen hoe belangrijk educatie is. Educatie trekken we bij het IVN door naar de volwassen wereld: we zijn samen de natuur. De natuur is niet van ons, wij zijn onderdeel van de natuur! Dat moeten we leren zien.”
Wat is je wens voor de toekomst van Plan Boom?
“Ik hoop dat Brabants Landschap en de Brabantse Milieufederatie een vervolg weten te geven aan Plan Boom. Het was plezierig en ruim gefaciliteerd, je hoefde alleen maar in te stappen. Je moest het er even voor over hebben om de boompjes op te halen. Vervolgens kon je het zo uitdelen: heel makkelijk en laagdrempelig voor organisaties zoals wij.
Ik wil me in een vervolg graag inspannen om grotere afnemers te bereiken en te enthousiasmeren. Individuele boompjes in achtertuinen ziet niemand, maar voor subsidieverstrekkers is beeldmateriaal heel belangrijk. Dat is ook het succes bij de Tiny Forests waar we er inmiddels bijna drie van hebben in Helmond.
Het is misschien ook een mooi doel om scholen te interesseren om samen met gemeenten Tiny Forests aan te planten. Ook binnen de stad zijn er nog voldoende groene en open plekken waar op een meer grootschalige manier kan worden aangeplant.”