Hoogste tijd! Wanneer krijg ik mijn beslissing?

Blog | Thema:

mei 24, 2019

Hoogste tijd! Wanneer krijg ik mijn beslissing?

Je vraagt iets aan de gemeente en na een maand of twee heb je nog steeds geen reactie. Wat kun je doen als een overheidsinstantie niet reageert op je vraag? Hoe dwing je af dat er tijdig een reactie komt? Wij krijgen hierover veel vragen uit onze achterban. Rode draad is dat de overheid verplicht is op tijd te reageren op een aanvraag, een verzoek om informatie of een bezwaar. Vaak heb je recht op een dwangsom als de overheid niet op tijd reageert. Zo nodig kun je ook via de rechter een besluit afdwingen.

Beslistermijn voor verzoeken en aanvragen
Een overheidsinstantie moet binnen een vastgestelde periode een beslissing nemen over je verzoek of aanvraag (bijvoorbeeld een verzoek om handhaving). Voor veel aanvragen staat die beslistermijn in de wet. Zo geldt bij de “reguliere” omgevingsvergunningen een beslistermijn van acht weken, die te verlengen is met zes weken (zie artikel 3.9 van de Wabo). Noemt de wet geen termijn? Dan geldt een ‘redelijke termijn’. Wat redelijk is, hangt af van het soort beslissing en de ingewikkeldheid van de zaak. Een redelijke termijn kan variëren van enkele weken tot enkele maanden. De overheid moet in principe binnen acht weken een besluit nemen of – bijvoorbeeld bij gecompliceerde zaken – een nieuwe beslistermijn bekendmaken.

Let op: bij sommige “eenvoudige” vergunningen geldt dat als de overheid het besluit niet tijdig neemt, de gevraagde vergunning automatisch verleend wordt; dit doet zich bijvoorbeeld vaak voor bij de omgevingsvergunning voor het bouwen.

Beslistermijn voor bezwaren
Ook bij bezwaren (bijvoorbeeld tegen een vergunning) is er een wettelijke termijn waarin de overheid op een bezwaar moet reageren. De wet hanteert als uitgangspunt een termijn van zes weken. Bijna alle overheden schakelen een onafhankelijke bezwaarschriftencommissie in en dan wordt de termijn 12 weken. Bovendien bestaat de mogelijkheid om de beslistermijn te verdagen waardoor die beslistermijn nog eens vier weken langer wordt.

Recht op dwangsom
Beslist de overheid niet op tijd? Dan heb je recht op een dwangsom. Dit is een geldbedrag. Voordat je recht hebt op een dwangsom moet je de overheid “in gebreke stellen”. Dat kan door een brief te sturen waarin je aangeeft dat de beslistermijn is verstreken. (zie voorbeeldformulier). De overheid heeft dan nog 2 weken de tijd om alsnog een beslissing te nemen. Gebeurt dat niet, dan gaat de dwangsom automatisch lopen en gelden de volgende bedragen: € 20,- per dag voor de eerste 2 weken; € 30,- per dag voor de volgende 2 weken; € 40,- per dag voor de overige 2 weken. De dwangsom loopt uiterlijk 42 dagen en bedraagt daarmee maximaal € 1260,-. De ervaring leert dat het indienen van zo’n ingebrekestelling een probaat middel is. De meeste overheden willen helemaal niet in de situatie belanden dat ze een dwangsom moeten betalen.

Daarnaast kun je ook een besluit afdwingen via de rechter door direct beroep in te stellen. De rechter kan dan ook een dwangsom opleggen die als regel veel hoger zal zijn. Vooral als de belangen zeer groot zijn kan deze weg via de rechter verstandig zijn.

Wob-verzoeken: een geval apart
Bijzondere regels gelden voor verzoeken om informatie op grond van de Wob (Wet openbaarheid van bestuur). Voor dit soort verzoeken geldt dat iedereen zo’n verzoek kan indienen. Je hoeft dus geen belang of betrokkenheid bij de zaak te hebben. Uitgangspunt is dat op Wob-verzoeken zo snel mogelijk (uiterlijk binnen vier weken) beslist wordt. Let er op dat je gericht vraagt om besluiten of documenten (dus: “ik wil het besluit krijgen over …” of: “ik wil de volgende documenten….”). Vragen om informatie (“hoe komt het dat…?” of “wat vindt het college van…?”) vallen niet onder de Wob. Als je een vraag zo formuleert loop je de kans dat een – tijdig –  antwoord achterwege blijft. Dat soort vragen kun je vaak ook beter via een raadslid laten stellen. Tegen een weigering van een verzoek op grond van de Wob kun je bezwaar maken.

In de praktijk is de Wob voor milieugroepen een uitstekend middel om informatie boven tafel te krijgen. De BMF heeft hier eerder een artikel over geschreven: De Wob, een bondgenoot voor milieugroepen.

(NB sinds 2016 is het recht op een dwangsom bij Wob-verzoeken afgeschaft. Dit vanwege het misbruik dat “dwangsomjagers” van de wet maakten).

Op de site van de Rijksoverheid kunt u ook informatie vinden over wat er gebeurt nadat u een WOB-verzoek heeft ingediend en wat u kunt doen als de overheid te laat is met het beslissen over uw aanvraag of bezwaar.

Binnenkort workshops voor milieugroepen
De BMF is van plan om het komende seizoen enkele praktijk-workshops te organiseren voor groepen die bij de BMF en andere natuur-en milieuorganisaties in Brabant zijn aangesloten. Daar willen we ingaan op veel voorkomende praktijkvragen die bij onze achterban spelen. Met tips en praktijkervaringen met overheden, uitspraken van rechters en relevante nieuwe wetgeving, en aandacht voor statuten, zienswijzen en bezwaarschriften. Deze workshops zijn ook zeker aanbevolen voor nieuwe groepen en nieuwe leden van langer bestaande groepen. Binnenkort volgt daarover meer informatie.

Meer weten? Voor vragen en opmerkingen kun je contact opnemen met Frans de Laat (maandag en dinsdagochtend aanwezig).

Foutje gezien? Mail naar communicatie@brabantsemilieufederatie.nl

JE HOEFT NIETS TE MISSEN
Ontvang updates met nieuws, cursussen, workshops, lezingen en nog veel meer!