Avonden energietransitie: Puzzel mee met zon & wind

mei 26, 2019

Avonden energietransitie: Puzzel mee met zon & wind

De Brabantse Milieufederatie organiseerde in maart vier avonden over de energietransitie, in Tilburg, Eindhoven, Rosmalen en Oudenbosch. Het thema was Energietransitie: puzzel mee met zon & wind.

In totaal discussieerden bijna 70 deelnemers in 9 groepen over de kansen, zorgen en dilemma’s waar Brabant de komende jaren mee te maken krijgt. De deelnemers kwamen deels vanuit natuur- en milieugroepen, deels vanuit interesse of verbinding met (lokale) duurzame energie-initiatieven.

Inleiding
Irene Koch van de Brabantse Milieufederatie begon met een korte kennisquiz en gaf een inleiding op de discussie. Haar presentatie is hier in te zien. De overstap naar meer duurzame vormen van energie is hard nodig en noodzakelijk om de klimaatdoelstellingen te halen. Voor Brabant zijn hier afspraken over gemaakt in het beleidsplan van de provincie, de Brabantse Energie Agenda.

In 2050 moet Brabant energieneutraal zijn. Dat betekent volgens de Brabantse Energie Agenda onder andere dat in 2030 circa 88 PJ aan elektriciteit opgewekt moet worden door zon en wind. In 2016 was dat nog maar 6 PJ. Eén PJ staat gelijk aan 100.000 daken met zonnepanelen of 29 tot 40 windmolens van 3 MW.

Hoe gaan we daarmee om? Waar moet al die energieopwekking plaatsvinden? Hoe kunnen we de lusten en lasten eerlijk verdelen? De energietransitie levert een aantal zorgen en dilemma’s op, maar biedt ook kansen en oplossingen.

In haar presentatie noemde Irene ook de constructieve zonneladder. De Natuur en Milieufederaties (NMF’s) hebben deze handreiking gemaakt voor regio’s en gemeenten die samen met de lokale gemeenschap willen sturen op de locatiekeuze en inpassing van zon-initiatieven. Uitgangspunt van de NMF’s is een energievoorziening die ‘drievoudig duurzaam’ is:

  1. Energiebesparing en opwekking van duurzame energie om tijdig het doel van energieneutraliteit te bereiken.
  2. Zorgvuldige inpassing in natuur, landschap en leefomgeving.
  3. Participatie: betrokkenheid van omwonenden en andere stakeholders in planvorming, eerlijke verdeling van lusten en lasten en streven naar minimaal 50% lokaal eigendom.

Ook noemde Irene in haar presentatie de Regionale Energiestrategieën (RES). In Brabant zijn er vier gebieden aangewezen die ieder een plan moeten maken over hoeveel duurzame energie zij gaan opwekken en besparen en op welke manieren dat gaat gebeuren: West-Brabant, Hart van Brabant, Noord-Oost-Brabant en Metropoolregio Eindhoven.

Discussie
Na de inleiding discussieerden de deelnemers in drie opeenvolgende rondes over de volgende onderwerpen:

  1. Kansen: welke kansen zie je? Waar liggen kansen voor duurzame energieopwekking?
  2. Zorgen: welke zorgen heb je?
  3. Van dilemma’s naar oplossingen: hoe kunnen we kansen verzilveren door aan de zorgen tegemoet te komen? Welke kansen en zorgen zijn te verzoenen en welke niet?

In de discussies kwamen de volgende thema’s veelvuldig terug:

Kansen

  • Veel mogelijkheden op het gebied van zonne-energie worden op dit moment nog niet benut. Te denken valt aan: daken van particulieren, huurwoningen, opslagloodsen en bedrijventerreinen. Naast daken kunnen zonnepanelen ook prima een ‘dubbel doel functie’ hebben, zoals verwerkt in geluidsschermen, wegen, fietspaden, autodaken of teeltondersteunende voorzieningen. De techniek moet hiervoor nog verder ontwikkeld worden.
  • Voor windenergie liggen er nog kansen langs wegen, op industrieterreinen, langs kanalen en in windrijke gebieden buiten Brabant (op zee).
  • Benutten van andere vormen van duurzame energie dan zon en wind: waterstof, aardwarmte, getijdenkrachten, waterkracht, enzovoorts. Hierbij werd ook biomassa en biogas genoemd, soms als overgangsvorm. Dit leverde discussie op in hoeverre dit als duurzame energie beschouwd kan worden.
  • Er is nog veel te winnen met energiebesparing, enerzijds door isolatie en vormen van vervoer waarbij minder CO2 wordt uitgestoten, anderzijds door bewuster om te gaan met energie en mobiliteit.
  • Er is nog veel te winnen door de opslag en buffering van energie verder te ontwikkelen.
  • Het ontbreekt nog aan veel kennis en goede feitelijke informatie. Daar kan wat aan gedaan worden. Met meer en betere kennis kunnen betere beslissingen genomen worden, zowel door bestuurders als door burgers.
  • Een coöperatieve aanpak geeft meer mensen de kans om mee te doen. Dit is belangrijk om iedereen mee te laten profiteren en draagvlak te krijgen.
  • Sturing van overheden om ontwikkelingen te laten plaatsvinden. Financiële prikkels gebruiken om goed gedrag (isolatie, investeringen in duurzame energie, duurzame mobiliteit) te stimuleren en slecht gedrag (energieverspilling, CO2-uitstoot) te ontmoedigen.
  • Technologische ontwikkelingen kunnen nog veel meer mogelijk maken: denk aan Smart Grid, energieopslag, enzovoorts.

Zorgen

  • Negatieve effecten op de beleving van het landschap: verglazing van het landschap door zonnepanelen, geen horizon meer zonder windmolens, eentonigheid van het landschap omdat overal windmolens en zonnepanelen staan, verlies cultureel erfgoed omdat het oorspronkelijke Nederlandse/Brabantse landschap verloren gaat.
  • Negatieve effecten op natuur en biodiversiteit: sterfte van vogels, vleermuizen en insecten door windmolens, verlies van biodiversiteit omdat zonnepanelen de plaats gaan innemen van natuurlijke begroeiing. Natuurdoelstellingen kunnen ondergesneeuwd worden door klimaatdoelstellingen.
  • Zorgen over toegankelijkheid van duurzame energie voor lage inkomensgroepen / mensen die niet kunnen investeren, waardoor uiteindelijk de lasten bij de bevolkingsgroepen terecht komen die dit niet kunnen dragen.
  • Zorgen over korte termijn-denken in de politiek, waardoor beslissingen genomen worden die niet goed zijn voor de lange termijn. Energietransitie gaat verder dan politieke termijnen.
  • Zorgen over winstbejag van energieleveranciers, waardoor de lusten en de lasten van de energietransitie niet eerlijk verdeeld worden in de samenleving.
  • Het niet halen van klimaatdoelstellingen door apathie, onwetendheid, eenzijdige informatie, uitstelgedrag, tunnelvisie, cynisme, enzovoorts.
  • Het nemen van overhaaste beslissingen of ondoordachte beslissingen waardoor natuur en landschap onherstelbaar verloren gaan.

Dilemma’s en oplossingen

  • Kijk naar dubbeldoelfuncties en multifunctioneel gebruik. Ontwerp energielandschappen. Combineer daarin de opwekking van duurzame energie met natuur, landbouw en recreatie. Voorbeelden zijn zonnepanelen in combinatie met begrazing, recreatiegebieden rondom zonnepanelen en windmolens, zonnepanelen zodanig plaatsen dat biodiversiteit daartussen en daaronder mogelijk is.
  • Handel vanuit een integrale aanpak en zoek de samenwerking. Koppel bijvoorbeeld de energietransitie aan de landbouwtransitie. Doe niet eerst het ene en dan het andere, maar ga uit van een én-én-én-aanpak.
  • Goede regie van overheden sociaal gezien: zorg voor een eerlijke verdeling van lasten en kansen, voor participatie, zorg voor een beleid waarin de vervuiler betaalt en waarin niet de projectontwikkelaar er met de winst van doorgaat terwijl burgers en natuur met de lasten blijven zitten.
  • Goede regie van overheden bij ruimtelijke ordening: laat dit niet over aan de energiemarkt.
  • Zorg voor betrouwbare informatievoorziening en maak cijfers en feiten inzichtelijk voor iedereen. De materie is erg complex en vaak moeilijk te begrijpen. Er is grote behoefte aan kennis. Als bestuurders en burgers meer kennis hebben kunnen er betere beslissingen genomen worden en kan er adequater gehandeld worden.

Tips
Expliciet werd gevraagd hoe de Brabantse Milieufederatie aangesloten natuur- en milieugroepen kan helpen de energietransitie op de juiste manier te ondersteunen. Daarnaast werd gevraagd hoe Brabantse Milieufederatie de lokale overheden en bestuurders kan voeden met de uitkomsten van deze discussietafels.

IVN Heeze-Leende
Naar aanleiding van de bijeenkomsten heeft IVN Heeze-Leende (werkgroep Energie) een conceptdocument gemaakt met beleidsaanbevelingen inclusief voorbeelden van uitwerkingen van het ‘dubbel-doel-principe’. Dit document is in te zien via deze link. Inhoudelijke aanvullingen en reacties op dit document zijn meer dan welkom. Neem hiervoor contact op met de IVN-werkgroep via ivnenergie@gmail.com. Het doel is om dit document in te brengen bij de RES-besprekingen van Metropoolregio Eindhoven.

Hoe verder?
De Brabantse Milieufederatie is blij dat er zoveel puzzelstukjes zijn aangereikt in de discussie en erkent én herkent de dilemma’s die daarbij spelen. De energieopgave is enorm en er zitten veel landschappelijke, technische, sociale en financiële aspecten aan die om aandacht vragen.

In de komende periode krijgen de Regionale Energiestrategiën (RES) steeds meer vorm. De Brabantse Milieufederatie wil inbreng hebben bij iedere Brabantse RES. Momenteel werken we aan het opzetten van een participatiecoalitie om lokale initiatieven en energieke bewoners te betrekken bij het vormgeven van de RES en hen te ondersteunen in de uitvoering. Daarnaast willen we als inbreng voor de RES samen met natuur- en landschapsorganisaties goede afwegingskaders ontwikkelen voor de inpassing van duurzame energieprojecten. Ook onderzoeken we de oprichting van een Brabants Servicepunt, dat energiecoöperaties en betrokken burgers ondersteunt met onafhankelijke kennis en informatie.

Hoe dit precies vorm gaat krijgen, moet de komende periode blijken. We houden jullie op de hoogte via onze nieuwsbrief en de website. De Brabantse Milieufederatie gaat bovendien door met het organiseren van energie-bijeenkomsten. Heb jij een verzoek voor een energie-bijeenkomst? Of wil je meer weten over de RES? Neem dan contact op met Hanne van de Ven: hanne.vandeven@brabantsemilieufederatie.nl of 013 – 535 6225 (secretariaat).

Dit verslag is hier te downloaden als PDF

Meer weten over energie? Neem contact op