BMF wil slimme technologie en OV-verbinding op A27

juli 28, 2016

BMF wil slimme technologie en OV-verbinding op A27

Borden_A27_HoutenHet verbaast en stelt de Brabantse Milieufederatie teleur dat in het nu gepresenteerde ontwerptracébesluit voor de A27 Houten-Hooipolder en de daarbij horende studies niets is terug te vinden van de nieuwe benadering om de doorstroming en verkeersveiligheid op het rijkswegennet en de aansluitende wegen te optimaliseren door middel van slimme technologie.

In Zuidoost-Brabant wordt nadrukkelijk eerst ingezet op toepassing van alle mogelijkheden die smart mobility, C-ITS en andere technieken bieden om het bestaande wegennet optimaal te benutten, de doorstroming en verkeersveiligheid te optimaliseren en betrouwbare reistijden tot stand te brengen. Zo nodig wordt aanvullend daarop de auto-infrastructuur aangepast.

De nieuwe technologische mogelijkheden om weggebruik optimaal te sturen mag op deze corridor naar de mening van de BMF zeker niet ontbreken. Dat kan twee grote voordelen opleveren: veel eerder dan de nu geplande oplevering van de aangepaste A27 in 2023-2025 kan al aanzienlijke doorstromings- en verkeerveiligheidswinst worden bereikt en het kan ertoe leiden dat de totale kosten (nu begroot op tussen de 700 en 800 miljoen euro) substantieel lager uitvallen.

Daarom verzoekt de BMF Rijkswaterstaat een vergelijkbare aanpak als voor het wegennet in Zuidoost-Brabant is gekozen alsnog in overweging te nemen en uit te werken binnen het project A27 Houten-Hooipolder.

Een tweede punt is het ontbreken van een ruimtelijke reservering voor een robuuste OV-verbinding op deze corridor. Wat de BMF betreft wordt die zo spoedig mogelijk in ontwikkeling genomen, maar de minister en Tweede Kamer hebben een andere keuze gemaakt. Door nu geen ruimtelijke reservering in het ontwerptracébesluit op te nemen wordt een toekomstige keuze alsnog zo’n voorziening aan te leggen zo goed als onmogelijk gemaakt. Alsnog later een spoorlijn buitenlangs ongeveer parallel aan de A27 realiseren levert onoverzienbare ruimtelijke inpassingsproblemen en kosten op.

Wat de BMF betreft wordt daarom nu in dit ontwerptracébesluit een beperkte ruimtelijke reservering opgenomen in de middenberm van de A27. Deze reservering moet voldoende ruimte bieden om een (zweef)baan te realiseren voor bus- of railverkeer (of misschien zelfrijdende voertuigen). Op een aantal plaatsen moeten uiteraard toe- en afritten worden ingepast en daarmee moet in het ontwerp ook nu al rekening worden gehouden.